Archive for december 2011

Candted of bird

De grote havik vloog door de lucht en nam iemand mee. Hij at hem op en ging slapen. Hij hoorde een stem.
‘Kra! Vlieg naar ons toe.’
‘Huh? Wat gebeurt hier? Wie ben jij?’
‘Daar kom je wel achter. Kom maar naar ons toe.’
‘Waar zijn jullie dan?’
‘O, daar had ik niet aan gedacht. Ranstar, de arend zal je ophalen.’

WAT LATER

‘Krrraaaaaaaa krrraaaa…’
‘Zucht. He, ik hoor een geluid.’
‘Iergng.’
‘He, dat is Ranstar.’
Ranstar landde op het nest.
‘He, jij bent Ranstar.’
‘Juist, en ik leid jou naar Gahoe.’
‘Wie is Gahoe?’
‘De stem die je riep.’
‘O. Oke.’

HONDERDTWINTIG SECONDEN LATER

‘Weet je zeker dat we dichtbij zijn?’
‘Ja. Hoezo?’
‘Nou, ik zie alleen maar puntige rotsen en zure lucht.’
‘O. Ik was vergeten te zeggen dat het op een klif is.’
‘He, daar is de klif toevallig.’
‘Laten we ernaartoe vliegen.’
Ze vlogen naar de klif. Daar gingen ze landen.

DE KLIF DES DOODS

‘Aha ik zie dat je Ranstar kent.’
‘Ja… wacht eens even. U bent Gahoe.’
‘Die ben ik, ja.’
‘Waarom ben ik hier?’
‘Dat zal ik je vertellen, Kestu.’
‘He, hoe kent u mijn naam?’
‘Elke vogel kent jouw naam.’
‘Maar hoe…’
‘Kijk. heb jij je ouders gekend?’
‘Ja. Natuutrlijk. Ze heten Jerry Gevederd en Kety Gevederd.’
‘Ik vind het heel jammer dat ik je dit moet vertellen maar je echte ouders zijn James Dallingten & Nira Dallingten.’

DE LEGENDE

James was de zuivere valk en Nira de glitterhavik. Ze kregen het gouden ei. En toen kwam jij. Je ouders wisten dat je speciaal was. Ze wisten dat je iets zou betekenen voor de wereld. En op een dag gebeurde er ook iets speciaals. Toen kwam de god Oseidisonds en hij schonk je ouders de amulet des werelds. Je ouders namen het aan. Maar ze wisten dat de amulet niet veilig was in hun klauwen. Dus gaven ze het aan mij. Maar toen liet ik ze de leggende zien op de boom des levens. Er stond dat een vogel de amulet in het bronwater der geschiedenis moest gooien op Klaaringsdag. En dat bronwater bevond zich in de tombe van Anubis. Nadat hij de amulet in het bronwater had gegooid moest hij een slok nemen van het bronwater. Dat zou hem ontsterfelijk maken.
‘En die vogel ben jij.
‘En daarom hadden je ouders je geadopteerd.’
‘Wat?’
‘Dus ik ben degene die dat moet doen?’
‘Ja, en wat is daar op jouw antwoord?’
‘Het is me een eer.’

DE AMULET

‘Maar ik heb geen amulet.’
‘Dan is het tijd dat ik je de amulet schenk.’
‘Hier, dit is de enige echte amulet.’
‘Wat is ie prachtig.’
‘Ja maar laat je niet tegenhouden. Er zijn dieren in dit oerwoud die vol zitten met haat en hebberigheid. Dus wees voorzichtig.’
‘Geef hier die amulet.’
‘O, nee! De Ossenbende.’
‘Kestu, bescherm die amulet met je leven.’
‘Oke.’
‘Julie zijn maar wat vogeltjes. Ranster, pak ze!’
‘Auw!’
‘Stop met het krassen met die scherpe vogelnageltjes.’
‘Oke, op een voorwaarde.’
‘Oke, wat is die voorwaarde dan?’
‘Wegwezen!’
‘Oke, oke, we gaan al.’

ONDERTUSSEN

‘Dus julie hebben de amulet niet kunnen krijgen!’
‘Nee. Sorry, mester.’
‘Weet je wel wat dat betekent?’
‘Nee. Sorry, mester.’
‘Ik heb genoeg van dat genee-sorry-mester. Als Kestu zijn taak volbrengt, dan wordt ik nooit koning van de wereld. En wij zullen nooit het gouden lootje te pakken krijgen.’

180 SECONDEN LATER

‘Het is al laat. Laten we slapen. Weltrusten Gahoe.’
‘Weltrusten, Ranstar.’
‘Weltrusten, Gahoe.’
‘Weltrusten, kestu.’
‘Weltrusten, Ranstar.’
‘Weltrusten, Kestu.’

VROEG IN DE OCHTEND

‘Kom, we gaan.’
‘Oke.’

LAAT IN DE MIDDAG

‘Aaaahh. We zijn er de tombe van Anubis. We hebben ver gereist maar het is ons gelukt. Kom we gaan de tombe in.’
‘Oke. Nu hoeven we nog alleen maar de amlulet in het bronwater te gooien en een slok van het bronwater te nemen. Hoe moeilijk kan dat zijn?’
‘Bedoel je deze amulet?’
‘O nee, Varkus.’
‘Ja, en nu jij het niet hebt, kan ik koning van de wereld worden.’
‘Wie is degene die de amulet heeft gestolen?’
‘O, oppermachtige god Oseidislons … ik bedoel oppermachtige god Oseidisonds. Ik kan het uitleggen. Kijk, ik wil graag koning van de wereld worden. En trouwens, ik heb de amulet al en als u hem van me af wil pakken, kan ik hem kapotmaken, dus u kunt er niks aan doen.’
‘Niet zo snel, Varkus. Wie de amulet breekt, leeft nog maar 6 maanden 6 vervloekte maanden.’
‘Krijg nou wat! Dat is niet helemaal zoals ik het me het had voorgesteld. Hier heb je je stomme amulet terug.’
‘Goed. En om jou te straffen moet je een jaar in een vulkaan gevangen zitten.’

Flynns kosmische theorie

Alles is eigenlijk niets. Want iets dat alles is, bestaat niet. En iets dat niet bestaat, is er niet. En iets dat er niet is, is ook niets. Dus eigenlijk is alles om ons heen alles maar ook niets.